12-12-2018
Deze week brengt de zaagplaat je al een beetje in de Kerstsfeer. Het is het adagio uit het Concerto Grosso, op. 6, nr. 8 van de Italiaanse barokcomponist Arcangelo Corelli (1653-1713). Dit concert heeft de bijnaam “Kerstconcert”. Oorspronkelijk is dit werk geschreven voor een strijkorkest met viool (1e en 2e), cello en basso continuo. Het “concerto” geeft aan dat op een aantal plekken één van de 1e of de 2e violisten de melodie als solo speelt, begeleid door de rest van het orkest. Als de violist geen solomelodie hoeft te spelen, speelt hij of zij gewoon de begeleidingspartij mee met de rest. Dat is dus anders dan bij bijvoorbeeld een viool- of pianoconcert, waarbij één persoon soleert en niet meespeelt bij de andere passages.
Omdat dit adagio relatief eenvoudig te spelen is hoor je het vaak bij kerstconcerten van muziekscholen. Vaak is het dan bewerkt (bijvoorbeeld voor een blaaskwintet).
De uitvoering die ik heb gekozen is van het Camerata RCO; een ensemble samengesteld uit spelers van het Koninklijk Concertgebouw Orkest. Een dergelijk ensemble heeft veelal geen dirigent; de aanvoerder van de 1e violen krijgt dan min of meer die rol (zeg maar “meewerkend voorman”).