Vorige week is overlegd met het CvB over of en zo ja hoe OpenER zal worden voortgezet in 2008. Zoals bekend eindigt einde van dit jaar de projectsubsidie en daarmee ook het experiment. Er ligt dan een website met vele korte cursussen, bekendheid bij een steeds grotere groep gebruikers over het bestaan van deze gratis cursussen, resultaten van effectmetingen onder de gebruikers en inzichten in wat dit experiment betekent voor de OU intern (met name: wat komt er nu kijken bij het maken van een OpenER-cursus?).
Op basis van de ervaringen tot nu toe en met name de positieve reacties uit de buitenwereld is door het CvB uitgesproken er alles aan te doen om verantwoord door te gaan met het huidige experiment, in ieder geval in een minimumvariant. Er zal worden gezocht naar financieringsbronnen, zowel extern als intern. Bij dat minimum moet worden gedacht aan 10 à 15 korte cursussen die per jaar zullen worden toegevoegd. Een model waaraan gedacht kan worden: bij revisie van een bestaande cursus of realisatie van een nieuwe cursus wordt ook een OpenER-variant gerealiseerd. Dit zal naar verwachting een geringe meerinspanning zijn, vergeleken met de inspanning voor het realiseren van de reguliere cursus.
Doorgaan met deze minimumvariant geeft ook de tijd te zoeken naar andere gebruiksmogelijkheden van dit laagdrempelige publicatiekanaal. Een mogelijke uitbreiding kan samen met de KNAW en Teleac gerealiseerd worden (zie eerdere post). En, niet minder belangrijk: mocht ooit besloten worden alle materiaal voortaan vrij beschikbaar te maken, dan zijn we er klaar voor. Een dergelijk besluit zal echter consequenties hebben voor de overheidsfinanciering (die moet compensatie bieden voor de gederfde inkomsten).
Category Archives: Open Educational Resources
Nooit te jong om te leren
Hoe goed je alles ook doordenkt, de praktijk achterhaalt je altijd wel.
Zojuist werd ik gebeld door Walter Bazen. Er was een aanmelding voor een toets van OpenER binnengekomen van een 14-jarige kandidaat (niet verrassend: voor Starten met programmeren). Mag deze aanmelding geaccepteerd worden? Tsja, en daar sta je dan met je goede gedrag (zou mijn vader hebben gezegd). Dit had niemand voorzien toen we eerder dit jaar met het realiseren van de toetsmogelijkheid bij OpenER bezig waren.
Bij het OSB-project (waar middelbare scholieren OU-cursussen kunnen doen en daarover tentamen kunnen afleggen) worden de behaalde certificaten vastgehouden tot ze 18 jaar zijn. In het Studentenstatuut van de OU staat wel een minimum leeftijd van 18 jaar genoemd voor inschrijving als student voor een WO Bacheloropleiding, die gebruik wenst te maken van onderwijs- en examenvoorzieningen. Deze leeftijd staat ook genoemd voor iedereen die zich wil inschrijven om cursussen te bestellen. Bij OpenER gaat het echter om een niet-reguliere cursus (die ook niet hoeft te worden aangeschaft) en zijn de certificaten ook “slechts” 25 uur waard (in plaats van de 100 of 200 uur zoals bij het OSB-project). Het eerste roept de vraag op “geldt het studentenstatuut ook voor toetsen bij een OpenER-cursus”, het tweede aspect vind ik ondersteunend voor het niet stellen van een leeftijdsgrens. Voer voor juristen!
Los van dit alles: ik vind het verrassend, maar ook wel plezierig dat we met OpenER blijkbaar onvermoede doelgroepen bereiken. Zo ontving ik onlangs een mail van een 79-jarige die zich afvroeg of hij het materiaal voor Literair lezen voor leesgroepen in bejaardenhuizen mocht kopiëren, inbinden en tegen kostprijs mocht verkopen (hetgeen volgens de Creative Commons licentie inderdaad is toegestaan). Een vraag die bij mij wel opkomt is echter: waarom bestaat voor inschrijving aan de OU de minimumleeftijd van 18 jaar? Van nabij ken ik een persoon van (toen) 16 jaar die aan de TU in Delft werd ingeschreven zonder dat daar enig probleem van werd gemaakt.
Publiciteit
Misschien heeft het te maken met de komkommertijd van de afgelopen weken, maar kort na elkaar werden we benaderd door diverse media voor een publicatie over het OpenER-project. Achtereenvolgens De Volkskrant (belde terwijl ik rondliep in het mooie oude centrum van Brescia), Het Financieel Dagblad, Radio L1 en het blad Computers op school wilden meer weten over het project en de effecten ervan. Het radio-interview werd van tevoren opgenomen en werd vervolgens deels uitgezonden (d.w.z. sommige vragen en antwoorden kwamen in de uitzending niet terug). Een aparte ervaring. Mijn zoon Wouter meldde me direct na uitzending “wel erg veel ehhh”. En daar moet ik hem gelijk in geven. Misschien is een training op dit gebied voor mij geen overbodige luxe.
Een geheel ander contact met de media zal komende week woensdag gebeuren. Met Teleac zal dan worden gepraat over een idee om een reeks uitzendingen van hen te koppelen aan een verdieping die dan in OpenER te vinden zal zijn. Cultuurwetenschappen is voor een cursus Moderne geschiedenis hier al druk mee bezig. Een dergelijke koppeling kan vele voordelen voor beide partijen brengen. Kijkers die meer verdieping wensen kunnen zo doorverwezen worden naar verdiepingsstof in OpenER. Maar de OpenER-cursus kan gebruik maken van filmopnamen die niet in de uitzending komen. Ook kunnen mogelijk koppelingen met Uitzending gemist tot stand worden gebracht.
Nog een klein nieuwtje vanuit de toetshoek. Een van de aanmeldingen voor een toets Groepsbesluitvorming is afkomstig van een vrouw uit Australië. Helaas bleken de documenten die na een dergelijke aanmelding verstuurd worden ergens tussen Heerlen en Australië zoekgeraakt te zijn. Belangstelling voor OpenER uit andere landen dan Nederland en België is overigens redelijk zeldzaam: ruim 5% van de bezoekers komt van elders. Dat is wel nog altijd meer dan 15.000 bezoekers.
Vakgebieden en faculteiten
De website van OpenER kent aan de linkerkant een tweetal navigatiemenu’s. De hoofdnavigatie is ingedeeld naar vakgebieden. Binnen vakgebieden worden cursussen geplaatst. Wanneer een cursus geselecteerd is wordt aan de linkerzijde het cursusspecifieke menu getoond. Het onderliggende systeem eduCommons laat voor het cursusspecifieke menu alle ruimte in keuze voor welke items en hoe die items worden genoemd. Voor de hoofdsturctuur is dat niet het geval. Vakgebieden worden in alfabetische volgorde getoond en alleen de naamgeving kan worden bepaald door ons.
Tot voor kort konden geplaatste cursussen worden toegedeeld naar vakgebieden die één-op-één waren af te beelden op de faculteiten van de OU. Er zijn nu echter twee cursussen gepubliceerd waar dat niet het geval is: Politieke stromingen en Wetenschapsleer. Politieke stromingen valt bij ons binnen de faculteit MW, maar een bezoeker met belangstellling voor die cursus en onbekend met de OU-structuur zal niet binnen het vakgebied managementwetenschappen gaan zoeken naar de cursus. Wetenschapsleer ligt nog iets complexer. Reguliere cursussen wetenschapsleer vallen binnen de faculteit Cultuurwetenschappen, maar de OpenER-variant is voorwerk voor een cursus Wetenschapsleer die in reguliere vorm binnen MW zal verschijnen. Beide faculteiten zijn echter geen logische ingang voor een bezoeker die onze organisatie niet kent.
Om die reden zijn er nu twee vakgebieden verschenen die voor een OU-kenner op het eerste gezicht vreemd voorkomen: Politiek en bestuur en Wijsbegeerte. De twee eerdergenoemde cursussen zijn binnen die vakgebieden geplaatst. De verwijzing naar de OU-faculteiten vindt uiteindelijk wel plaats. Iedere cursus kent een menu-item “verder met studeren?”. Daar wordt verwezen naar cursussen en opleidingen die mogelijk interessant kunnen zijn voor bezoekers die na de korte cursus meer over het onderwerp willen weten.
Drukte tijdens vakantieperiode
Tijdens mijn vakantie de afgelopen twee weken is de eerste officiële toets voor OpenER afgenomen in het studiecentrum Breda. Een kandidaat heeft een SYS-tentamen voor Starten met programmeren gedaan en een 10 behaald voor de toets. Daarmee is het eerste certificaat een feit! Inmiddels is ook een essay voor de cursus Groepsbesluitvorming bij de examinator Max van Luik ter beoordeling aangeboden (Groepsbesluitvorming heeft geen SYS-tentamen, maar laat cursisten een essay maken). Drukte ook aan het productiefront. William van Zanten heeft een cursus Wetenschapsleer opgeleverd die een dezer dagen online gaat.
Ook het onderzoek rondom OpenER komt nu op stoom. Dit onderzoek wordt uitgevoerd door Maaike Hendriks en John van der Baaren (onder supervisie van Paul Kirschner) en heeft een tweetal speerpunten: het meten van de effecten van het aanbieden van open educational resources en het leveren van online ondersteuning rondom cursussen (middels communities of andere tools). Een tweetal korte papers over deze beide speerpunten is geaccepteerd bij een symposium rondom open educational resources eind oktober bij de Britse OU in Milton Keynes. Een van de korte papers zal worden uitgewerkt tot een full paper dat eind november wordt opgeleverd. Op de OpenER-site zijn inmiddels in cursussen diverse links naar vragenlijsten geplaatst. Middels deze vragenlijsten willen we meer te weten komen over achtergronden en motieven van bezoekers om een cursus geheel of juist helemaal niet te gaan bestuderen. Ook wordt momenteel gewerkt aan een tweetal vormen van online ondersteuning die eind augustus gerealiseerd moeten zijn.
Misschien maar goed dat het hier geen 40o is, zoals ik bij mijn vakantie aan het Gardameer heb meegemaakt. Dat houdt de productiviteit en de energie op het juiste niveau voor OpenER!
Hippe Bep
Toch een vreemd fenomeen wat zich ieder jaar vooraf aan vakanties afspeelt. Blijkbaar is het eigen aan mensen om vlak voor de vakantie nog “even” een eindproduct af te leveren. Dat heeft de afgelopen week geresulteerd in twee cursussen die inmiddels online zijn (en waarop ik verderop terug kom) en twee cursussen die ik momenteel ter conversie heb ontvangen. Daar komt als het goed is einde deze week nog een cursus bij. Gelukkig hebben mijn “productiemedewerkers” inmiddels schoolvakantie en die verdienen nu een mooi zakcentje met de conversie van de cursussen. Ik onderga het eerdergenoemde “pre-vakantie-nog-even-afmaken” syndroom ook, want voordat ik komende week vertrek wil ik alles online hebben.
De twee zojuist gepubliceerde cursussen zijn Human Information Processing (ofwel: HIP) en Beleggen, een kwestie van economie en psychologie (ofwel: Bep). De eerstgenoemde cursus is de eerste compleet engelstalige cursus die via OpenER wordt gepubliceerd. Effectmetingen moeten uitwijzen in hoeverre dit een belemmering is voor de bezoekers van OpenER. De tweede cursus kan mogelijk ook interessant zijn voor mensen die een “financieel rijbewijs” willen halen. Dit is een idee dat uit Duitsland is overgewaaid (zie bv. hier). Het idee is dat iemand met een financieel rijbewijs heeft aangetoond de risico’s en consequenties van complexere financiële handelingen (zoals handel in opties) te kennen. Dit om zaken als Dexia-affaires in de toekomst te vermijden.
Met het doornemen van de cursus Beleggen gingen mijn gedachten onwillekeurig terug naar begin jaren ’90. Ik werkte toen nog op de TUE en de faculteit had een beleggingscompetitie georganiseerd. Samen met Rob Kusters (toen werkend in dezelfde vakgroep als ik; nu daarnaast ook werkzaam bij MW) hadden we na 1 week in de competitie onze (virtuele) inleg verdubbeld en stonden we fier bovenaan. Helaas nam daarmee onze overmoed toe wat uiteindelijk resulteerde in een bankroet en een laatste plaats in de competitie. Lezing van leereenheid 4 uit de cursus Beleggen heeft me geleerd dat dit bijna voorspelbaar was.
Helaas is het door problemen op de server waar deze blog op staat niet mogelijk een afbeelding bij deze post te plaatsen. Dat komt de volgende keer wel weer.
Meer OpenER
Vorige week werd in een persbericht kond gedaan van de lancering van een OpenER-project aan de TU in Delft. Ze hebben hun project de toepasselijke naam Delft OpenER gegeven. Onder andere in dit bericht op nu.nl staat dat ze beginnen met een experiment, gericht op het onderwijsmateriaal op masterniveau van de vakgebieden offshore engineering, drinkwatervoorziening en micro-elektronica. Ze mikken daarbij onder meer op de behoefte aan bijscholing.
de twee grootste verschillen tussen hun en ons project is de vorm van het materiaal (onderwijsmateriaal bij hen vs leermateriaal bij ons) en de beoogde doelgroep (master bij hen en start bachelor bij ons). Maar naast ons wordt nu ook in Delft een repository opgebouwd van vrij toegankelijk leermateriaal. Doorzoekbaarheid van beide repositories, maar ook alle andere repositories die al beschikbaar zijn in de wereld wordt een steeds meer gehoorde wens van (vooral) onderwijsmakers. In internationaal verband wordt daar ook meer en meer aan gewerkt, te beginnen met een voorstel voor een (van LOM afgeleid) metadatamodel. Dit brengt één van de doelstelling die het MIT had bij de start van haar project in 2001 (namelijk te komen tot één grote repository waar allerlei instituten wereldwijd hun materiaal beschikbaar stellen) weer een stap dichterbij.
Vanuit hier zal ik uiteraard de ontwikkelingen in Delft blijven volgen. Waar mogelijk zullen we ook de samenwerking zoeken om te leren van elkaar en elkaars project zo beter te doen slagen. Ik wens Delft veel succes toe met hun initiatief!
Stimulansen binnen het project
Na terugkeer van de zeer inspirerende meeting in Santander vond ik op mijn werkplek ook weer inspirerende zaken. De belangrijkste uitbreiding is eind vorige week gerealiseerd: de mogelijkheid tot het afleggen van een formele toets bij een OpenER-cursus. De cursus Groepsbesluitvorming is de eerste cursus die deze mogelijkheid biedt. Naar verwachting volgt eind mei de cursus Starten met programmeren. Nu eerst afwachten hoeveel belangstelling hiervoor zal zijn en of we erin zullen slagen een eerste geslaagde te hebben die op 21 juni tijdens de Studienacht.nl zijn of haar certificaat feestelijk krijgt uitgereikt. Verder een paar nieuwe cursussen op punt van publicatie en een enorm aanbod van toezeggingen voor nieuwe cursussen vanuit met name Managementwetenschappen.
Naast deze cursusactiviteiten zijn ook bij het onderzoek en effectmeting stappen gezet door Maaike Hendriks en John van der Baaren. Zeer binnenkort zullen de resultaten van die stappen zichtbaar worden op de OpenER-site. Er zullen op diverse plekken aan gebruikers de mogelijkheid worden geboden aan ons te laten weten welke invloed het cursusmateriaal heeft op hun studieplannen. Ook kijken we naar mogelijkheden tot annotatie van cursusmateriaal door gebruikers, waar weer andere gebruikers op kunnen reageren. John heeft hiertoe een paar tools bekeken die hiervoor kunnen worden ingezet.
Kortom, zo aan de voorkant lijkt er misschien weinig gebeurd in het project de afgelopen tijd, maar aan de achterkant is wel degelijk veel werk verzet door veel mensen om het project verder te brengen dan waar het nu staat. Als projectleider ben ik daar heel dankbaar voor. Het blijft daardoor een enorm leuk project om leiding aan te mogen geven.
Bericht uit Santander – 3 mei (middag)
De middag start met een drietal break out sessies. Ik ben aanwezig bij de sessie over sustainability. Dit issue is het meest problematisch in de zin dat niemand nog een antwoord heeft over hoe projecten voor het opzetten van een site met open leermateriaal voortgezet kunnen worden als “running business”, inclusief de funding. Er zijn diverse ideaalmodellen bedacht, maar geen van die modellen is onverkort toepasbaar op een concrete situatie. Veel losse ideeën zijn de revue gepasseerd, variërend van kostenbesparingen door ontwikkelen van open leermateriaal (doordat een deel van de ontwikkeling ook in communityvorm gedaan kan worden) tot sponsorships van bedrijven. Een aantal van die losse ideeën is mogelijk bruikbaar voor ons, maar e.e.a. hangt uiteraard sterk af van de positie die de OU wil innemen in de wereld van open leermateriaal. Een prikkelende vraag was “wil je eigenlijk wel dat een open leermateriaalinitiatief sustainable is?”. Dit werd echter door deelnemers bevestigend beantwoord: open leermateriaal is onontkoombaar, dus je moet wel.
In de plenaire sessie werden enkele voorbeelden van social software getoond. Een interessante is Annorate (voor annoteren en beoordelen van materiaal door gebruikers). Geplande release: juli 2007. Een andere is MediaMatrix (van de Universiteit van Michigan) voor snijden en annoteren van streaming video. De Hewlett Foundation kondigt aan in de toekomst geen indivuele projecten meer te gaan funden, maar in te zetten in ondersteunen van o.a. mobiele uitlevering (ontwikkeling cross-platform materiaal).
De bijeenkomst eindigde met een plenaire uitwisseling van ideeën, voornemens en afspraken. Veel nadruk hier op hergebruik en samen ontwikkelen van cursusmateriaal. David Wiley van Utah State University formuleerde het als dat hergebruik het enige is dat open leermateriaal onderscheidt van gesloten leermateriaal.
Volgende bijeenkomsten zijn eind september in Utah en eind april 2008 in Dalian, China. Daar zal de organisatie in handen zijn van CORE (China Open Resources for Education), een organisatie waar een 100-tal universiteiten in China bij zijn aangesloten. Hun directeur (ook aanwezig) Fun-Den Wang, is 74 jaar oud. Over langer doorwerken na je pensioen gesproken…
Bericht uit Santander – 3 mei
Zoals te doen gebruikelijk bij tweedaagse bijeenkomsten werd de eerste dag afgesloten met een diner. Tijdens het diner werd met de ontwikkelaars van eduCommons gesproken over wensen die we hebben voor dat systeem. Leuk om dit mee te maken en de korte lijnen te zien die er bestaan tussen de ontwikkelcommunity en de gebruikers. Ben benieuwd hoe we dit terug gaan zien in de volgende versie.
Terwijl het buiten regent (!) is er momenteel een uitwisseling van best practices over het opzetten van een open leermateriaal initiatief aan de gang. Veel aanwezigen zijn net bezig met het project of zijn zelfs nog in de planningsfase. De meesten werken op eenzelfde wijze als wij: een klein team dat conversie doet naar de website en verantwoordelijkheden bij de faculteit zodra het over inhoud gaat. Reguliere universiteiten maken daarbij dankbaar gebruik van student-assistenten voor creatie van materiaal.
Na deze bijeenkomst ben ik geswitched naar een bijeenkomst over hoe het Open Courseware Consortium in de toekomst moet worden georganiseerd. Welke rol moet het consortium voor hun leden gaan spelen? Welke organisatievorm hoort daarbij: een bestuur dat alles beslist of een community van leden? Uiteindelijk wordt besloten dat een werkgroep een format gaat uitwerken, waar enerzijds de openness en transparantie zoveel als mogelijk aanwezig zal zijn en aan de andere kant voldoende besluitvorming mogelijk is wanneer dat nodig is.
Als inleiding op het vervolg vertelden een vijftal deelnemers hun verhaal over hun kennismaking met open leermateriaal. Soms erg persoonlijke verhalen die niet de cijfers, maar de emoties toonden. Storytelling als een wijze van presenteren: zeker met een onderwerp als open leermateriaal waar naast business ook veel idealisme bij speelt is een aandachtspunt voor onze communicatie.
Tot zover voor nu. Straks het bericht over de rest van deze dag.