Kwaliteit, docenten en MOOC

De afgelopen weken verschenen verschillende publicaties over (gebrek aan) kwaliteit van onderwijs en de rol van docenten en studenten daarbij. Wilfred Rubens reageerde op een artikel van een 6 VWO-leerling die aangaf niets op school te hebben geleerd. Wilfred gaf aan in zijn eigen middelbare schooltijd slechts één inspirerende docent te hebben gehad. In een blogpost getiteld Mooc, Schmooc reageert de auteur (Mark Childs) op de kritiek op MOOC’s dat credits kunnen worden gehaald zonder één college te hebben bezocht. Dat gebeurt al jarenlang, ook al vóórdat MOOC’s verschenen. Hoeveel tentamens heb je eigenlijk gehaald zonder één college te hebben bezocht omdat daar toch alleen maar een boek werd voorgelezen? Hoogleraar Jan Derksen van de Radboud Universiteit constateerde eind 2012 een gebrek aan belangstelling van studenten en pleitte daarom voor afschaffen van hoorcolleges. Daar kwam veel kritiek op, waarbij met name gesuggereerd werd dat hij zijn colleges aantrekkelijker zou moeten maken. Kritiek op studenten kwam er ook in een onlangs verschenen blogpost van Roger Berkowitz als reactie op een essay van Aaron Bady. Roger onderscheidt twee typen studenten: zij die alleen het resultaat (diploma) belangrijk vinden en zij die ook hechten aan academische vorming.
Terugdenkend aan mijn eigen schoolcarrière ben ik over de docenten op de middelbare school alleen maar positief. Ik zat op het Dominicuscollege in Nijmegen en heb daar het grootste deel van mijn VWO (1968-1974) gedaan. Met name in de laatste 2 jaren waren mijn docenten stuk voor stuk “kanjers” die mij inspireerden en door hun wijze van lesgeven aanmoedigden het beste uit mij te halen. Wat minder positief moet ik helaas zijn over mijn docenten op de universiteit. Zowel bij de (toen nog zo geheten) Katholieke Universiteit Nijmegen (wiskunde, 1974-1980) als bij de TU Eindhoven (Informatica als werkstudent, 1983-1989) waren de echt inspirerende docenten op de vingers van één hand te tellen. Als er toentertijd een keuze zou zijn geweest tussen face 2 face college volgen of een online alternatief (bijvoorbeeld een MOOC), zou ik vaak voor het laatste hebben gekozen omdat de face 2 face bijeenkomst voor mij weinig zou toevoegen aan een online ervaring.
En wellicht zit daar een toekomst voor MOOC’s en andere vormen van online onderwijs. Daar waar docenten onder de maat presteren of waar studenten weinig belang hechten aan de academische vorming zou een online alternatief kunnen worden gepresenteerd. Dat roept wel vragen op:

  • Zou kwaliteit van docenten bij het hoger onderwijs niet nog meer een issue moeten zijn dan het nu al is geworden door invoering van het verplichte BKO?
  • Moet je accepteren dat er in feite twee “soorten” afgestudeerden gaan ontstaan, namelijk zij die wel en zij die minimaal een academische vorming hebben gehad? Of is dat eigenlijk een formalisering van een status quo die er nu ook al is? Deze vraag wordt hardop gesteld nu Georgia Tech heeft aangekondigd vanaf 2014 een online Master Computer Science aan te bieden in samenwerking met MOOC-producent Udacity voor een fractie van de prijs die een campusstudent moet betalen voor dezelfde opleiding.

Food for thought!

Posted in Open Educational Resources and tagged , .

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.